Wat E-et jij? En dus jouw kind? • Live Green Magazine

Laatst kreeg ik een zakje saus van een grote fabrikant binnen. Daarop stond een mooi plaatje en een slimme reclametekst dat het om een puur product ging. Ik was op zoek naar de ‘adder’. Want vaak klopt dit niet helemaal met wat er werkelijk in zit. Zo kan voorop een frambozen energiereep bijvoorbeeld ‘met 46% fruitvulling’ staan, maar achterop staat dat er maar 5,2% frambozen in zit en vooral heel veel suiker. Ik vind het bloedirritant dat je als consument continue voor de gek wordt gehouden, zeker als het gaat om verborgen E-nummers. Weet jij wat jij E-et? En je kind? Enkele tips:

Ook interessant: Voeding als vak op school?

Negeer de naam en afbeelding op de voorkant, dit is een verkooptruc.
Kijk direct naar de ingrediëntenlijst, daar word je (hopelijk) veel wijzer van.
Let daarbij op de volgorde: hoe eerder een ingrediënt genoemd wordt, hoe meer er van in zit.
Let ook op wàt er in zit. Misschien denk je bij brood: hoe donkerder, hoe gezonder? Vaak is donker brood gewoon witbrood met kleurstoffen, zoals bijvoorbeeld gebrand mout. Pas als het eerste ingrediënt volkorentarwemeel is, weet je dat je écht volkorenbrood koopt.
Over het algemeen kun je stellen: hoe langer de ingrediëntenlijst, hoe meer onnodige toevoegingen er in een product zitten.
Geen idee wat een productnaam inhoudt? Grote kans dat jouw lichaam het niet nodig heeft!

In bio zijn E-nummers hulpstoffen

Qua voedselveiligheid en kwaliteit zijn soms E-nummers nodig, bijvoorbeeld om vleeswaar niet ranzig te laten worden, grauw uit te laten slaan of om bacteriën geen kans te laten krijgen. Qua smaakmakers hoeven er geen E-nummers in te zitten. Kies je voor biologisch, dan zijn de toegevoegde E-nummers hulpmiddelen, die inderdaad zorgen voor veiligheid en kwaliteit. Andere voordelen, zoals een hogere opbrengst (meer water, minder vlees) of goedkoper produceren (minder vlees, meer smaakmakende ‘stofjes’) is niet toegestaan.

Voor je kind: jong geleerd is oud gedaan

Je hoeft natuurlijk helemaal niet alle lettertjes op de achterkant van een pak, zak of blik te lezen, als je gewoon vers eten bereidt. Bovendien heeft dit invloed op hoe gezond jouw kind gaat leven. Dat wordt namelijk voor het grootste deel aangeleerd en dus kun je dit beïnvloeden! Weet jouw kind niet beter dat soep uit een blik, zak of pak komt? Dan zal hij later nooit zelf soep gaan maken. Vers eten – van groot belang om je gezond en fit te voelen – hoort je kind eigenlijk met de paplepel te krijgen ingegoten. Ook ben jij deels verantwoordelijk of ze de juiste keuzes maken. Door gezonde voeding en geen vulling in huis te halen! En krijgen jouw kinderen een appel of koek mee naar school? Lest jouw kind z’n dorst met limonade of water? Start door kleine veranderingen aan te brengen. Onze weekmenu’s van gastblogger Isabelle helpen jou daarbij en ook de recepten van gastblogger Sandra zijn goede keuzes. Ook kun je voor advies altijd bij je huisarts, diëtist, de GGD of het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) terecht, zelfs digitaal.

Power producten

Een opgroeiend kind heeft veel voeding nodig: maximaal 4 keer een gezond tussendoortje en 3 gezonde, gevarieerde hoofdmaaltijden. Zorg voor niet te grote porties, kies voor voedsel dat weinig verzadigd vet bevat en zorg dat er volop groente en fruit in huis is. Bedenk daarbij:

Een gezond ontbijt = de basis voor een energierijke dag op school

Een gezonde lunch = zorgt voor een vol gevoel en dus minder snacken tussendoor

Een gezonde maaltijd = geeft alle voedingsstoffen die het lichaam nodig heeft bij de groei.

Tips voor tussendoor

Kies een duidelijk moment. Zo wordt het geen gewoonte om de hele dag door te ‘grazen’.
Kies gezonde tussendoortjes: fruit, een rijstwafel of een schaaltje yoghurt met vers fruit.
Frisdrank, vruchtensap en yoghurtdrank bevatten heel veel suiker. Laat je kind wennen aan het drinken van water en zet een mooie kan op het aanrecht met bijvoorbeeld wat schijfjes sinaasappel of citroen erin. Dit ziet er aantrekkelijk uit en ze dit zelf kunnen inschenken.
Een open deur: vermijd energiedranken. Ze bevatten onder meer cafeïne en suikers, die kinderen niet meer energie geven maar wel veel calorieën. Bovendien heeft een teveel aan cafeïne nadelige gevolgen, zoals rusteloosheid, prikkelbaarheid, hoofdpijn en hartkloppingen.

Bron: GGD

Gezonde Groente en Feestelijk Fruit

Geef je jouw kind elke dag groente en fruit, dan krijgt het vitamines, mineralen en vezels binnen. Zorg voor variatie, want elke soort groente en fruit heeft zo zijn eigen bijzondere eigenschappen. Zo zit in spruitjes bijvoorbeeld veel vitamine C en in spinazie veel vitamine B11 (foliumzuur). Met onze weekmenu’s krijg je alles makkelijk binnen, zonder er bij na te hoeven denken. Enkele tips:

Tips

Aardbeien, appels, peren, bananen en tomaten smaken heel goed op brood of op een beschuitje.
Geef rauwkost als tussendoortje: een stukje wortel, snoeptomaatjes, plakjes komkommer of reepjes paprika.
Verwerk groente door een saus, bijvoorbeeld geraspte courgette in tomatensaus.
Van fruit kun je met behulp van een staafmixer of een blender heerlijk vruchtensap of een smoothie maken. Vruchtensappen en smoothies zijn rijk aan onder andere vitamines en voedingsvezels.
Vormpjes doen het altijd goed bij kinderen. Maak met een uitsteekvormpje feestelijke vormpjes van bijvoorbeeld verse ananas of meloen.
Of probeer eens een groentesmoothie! Hier vind je een recept.

Tip: kook groente met weinig water en met de deksel op de pan. Zo stomen ze mooi gaar en blijven de voedingstoffen erin zitten.

Tip: is de sla al wat ouder en slap geworden? In een bad met koud water pep je het zo weer op.

E-nummers verdoezelen

Wat betreft het zakje dat ik kreeg opgestuurd? Ik heb het niet gebruikt. Het was sowieso niet biologisch, maar ondanks de ‘pure’ ingrediënten die erin leken te zitten, voelde het niet goed. En al helemaal niet toen ik voor mijn werk bij een levensmiddelentechnoloog aan tafel schoof die vertelde dat diverse E-nummers verdoezeld worden door bijvoorbeeld ‘groente-extract’ te vermelden… Hopeloos toch? Want vinden jullie? Ik hoor graag je mening.