Begrijp me niet verkeerd: ik ben overtuigd dat we met z’n allen minder dierlijke producten moeten gaan eten. Maar de hele wereld richting een veganistisch eetpatroon is volgens mij ook niet de bedoeling. Toch kom ik het steeds vaker tegen: de verheerlijking van een vegan eetpatroon, dat eigenlijk helemaal niet lekker is. Zo ook weer dit artikel:
Ook interessant: Vandaag is het Wereld Veganisme Dag: ook voor jouw beautyproducten!
- Tekst gaat verder onder de afbeelding
Stank voor dank
Een journalist die besloot veganistisch te gaan eten, kreeg teleurgestelde gasten bij haar plantaardige barbecue. Terwijl ze zo haar best had gedaan om een smaakvolle burger te serveren. Ze kreeg ‘stank voor dank’, niet voor haar moeite, maar voor de smaak van de burger. Of, zoals ze zelf schreef ‘de plantaardige schijf die ze tussen het broodje had geduwd. Zelfs bedekt met een dikke laag saus en flink wat gekruide groenten werd het niet gewaardeerd. De eerste vraag die in mijn hoofd oppopt is: zijn de gebruikte plantaardige ingrediënten biologisch, dus onbespoten uit vruchtbare aarde of zijn er met pesticiden bespoten groenten gebruikt die de grond en omgeving negatief beïnvloeden? En komen die uit de lokale keten of zijn er misschien wel kikkererwten uit China gebruikt? Als je alleen naar het woord plantaardig kijkt, hoe goed ben je dan eigenlijk bezig? En al helemaal als dat wat je eet nog niet eens lekker smaakt ook.
Vegan-hype brengt geld in het laadje
Gezondheid is hot en zeker plantbased eten. Dat kan dus (veel) geld in het laatje brengen. Voorbeeld is de vegetarische slager. Wellicht met alle goede bedoeling begonnen met Nederlandse ingrediënten, zoals lupine (een goed gewas voor de gezondheid van de grond!), heeft de Brits-Nederlandse multinational Unilever het merk inmiddels overgenomen. Hun prioriteit is niet gezondere voeding op de markt brengen om zo de milieu-impact van de voedselketen te verlagen, maar hun winst te maximaliseren. Die winst gaat naar aandeelhouders en niet naar Nederlandse akkerbouwers. Biologisch is niet perse de norm en vaak bevatten ze te veel verzadigde vetten, zout en suiker. Je zou jezelf dus kunnen afvragen hoe gezond die producten eigenlijk zijn.
Je hebt zelf een keuze
Ik vind het prima als mensen besluiten 100% plantaardig te eten. Soms snap ik het ook. Als je de beelden uit slachterijen voorbij ziet komen, waar de dieren beestachtig worden behandeld. Of als je bij de keurslager in de vitrine kijkt en je de producten bijna niet als vlees herkent en waar een vreemde geur lijkt te hangen. Ik snap het als je stallen vol kippen ziet, die als een kip zonder kop door elkaar heen rennen, soms door hun poten zakkend. Of als in de bio-industrie gekeken wordt of er een varken kan worden gecreëerd met extra tepels om meer biggen groot te kunnen brengen in een zo klein mogelijke stal. Maar ik snap het niet als je ook kunt kiezen om bij de bio boer langs te gaan en zelf kunt zien hoe de boer met zijn dieren omgaat. Want ook de bio boer vindt deze misstanden verschrikkelijk. Juíst daarom doet hij het anders. En gelukkig kan dat ook.
Wist je dat bijvoorbeeld veengrond alleen geschikt is voor het houden van vee en het beweiden en maaien van voer voor het vee. De dieren zorgen vervolgens weer voor ons voedsel. Het gaat er om de voedselketen zo duurzaam mogelijk in te richten en als consument de juiste keuzes te maken. Daarvoor heb je informatie nodig.
Niet alles over een kam
Voor mijn werk kom ik veel bij biologische en biodynamische boeren. Ik vind het dan ook verschrikkelijk als ik de verhalen van veganisten hoor die eigenlijk alleen de misstanden uit de bio-industrie benoemen. Dit verhaal geldt helemaal niet voor de boeren die ik heb ontmoet. Die zijn met hart en ziel bezig om de dieren te verzorgen naar hun aard. Die houden niet meer dieren dan er grond beschikbaar is. Die hebben geen mestoverschot of fosfaatprobleem. Die werken juist aan een toekomst voor morgen.
Mijn wens
Ik hoop zo dat iedereen die dierlijke producten verafschuwt, zich gaat verdiepen in de herkomst van hun voedsel. Geen vlees eten betekent niet dat de Nederlandse bio-industrie verdwijnt. Als het gaat om zuivel wordt het merendeel geëxporteerd. Wil je dat het landschap en de bio-boeren die zich daarvoor inzetten behouden blijven, geniet dan gerust af en toe van een glaasje (h)eerlijke bio zuivel van een dier dat wordt gehouden naar zijn aard. Daarmee voed je jouw lichaam met waardevolle voedingsstoffen. Natuurlijk mag je kiezen voor een plantaardige drank met bespoten soja van ver weg. Als je dat dan ook maar bewust doet. Mijn voorkeur heeft variatie: veel minder dierlijke producten, van dieren die gehouden worden naar hun aard en een meerwaarde hebben voor het landschap, en meer plantaardig van lokaal geteelde ingrediënten uit de bio(dynamische) landbouw.
Bron o.a. Louis Bolk Instituut
Geef een reactie