Tjongejonge, sommige mensen verdienen wel heel makkelijk hun geld. Zo heeft een adviesbureau onderzocht dat de levensmiddelenindustrie beter met de consument en burger in gesprek moet treden om vertrouwen in de sector te versterken. Die ‘belangrijkste’ conclusie in het 71 pagina’s tellende rapport ‘Spreek Smakelijk’ had ik je zo wel kunnen vertellen? Daar had de Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie (FNLI) echt geen duur adviesbureau voor in hoeven te schakelen. Dat geld hadden ze beter kunnen steken in scherpere controles bij voedingsleveranciers? Of als subsidie voor boeren die om willen schakelen naar biologisch, zodat hun dieren een beter leven krijgen? Of voor het goedkoper maken van gezond, eerlijk voedsel?
Ook interessant: het nieuwe handelsverdrag TTIP
Maar blijkbaar wordt het zeeeer gewaardeerd, want minister-president Mark Rutte komt er speciaal voor naar een evenement. Uit handen van de CEO van Unilever (?) en de FNLI-voorzitter, die overigens ook COO van Royal FrieslandCampina is (?), kreeg hij Spreek Smakelijk vorige week uitgereikt tijdens de eerste VoedselPoort. Een evenement waar betrokkenen uit het bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties en politiek/overheid met elkaar in gesprek gaan. Het rapport Spreek Smakelijk zou de aftrap moeten zijn voor een bredere dialoog tussen de levensmiddelenindustrie en de samenleving onder de naam ‘Een open gesprek over voedsel’. Volgens mij is het heel simpel: maak gezond, eerlijk voedsel goedkoper. En zooi dat in de fabriek kunstmatig in elkaar geknutseld is, duurder. Met voeding in plaats van vulling, hoeven we minder te eten. En dat scheelt weer in het ‘probleem’ hoe voeden we de wereld in 2050? En nog veel meer in klimaatgerelateerde problemen.
63,9 miljard euro per jaar in Spreek Smakelijk
Maar ja, het gaat natuurlijk niet om gezondheid, maar om geld. In het rapport ‘Spreek Smakelijk’ staat hoe belangrijk de levensmiddelenindustrie voor de Nederlandse economie is…! Zo is de sector met een jaarlijkse omzet van 63,9 miljard euro de grootste industrie van Nederland. Ook legt het rapport de vinger op een gevoelige plek: er bestaat een grote afstand tussen de sector en de samenleving. Oh ja joh? De levensmiddelenindustrie heeft te maken met vragen en eisen van consumenten over bijvoorbeeld prijs, smaak, productsamenstelling of gemak, maar aan de andere kant ook met burgers die terechte vragen stellen en zorgen hebben over gezondheid, dierenwelzijn of eerlijke handel. Ja, dus? Ik had gehoopt dat het rapport een antwoord had, dat ook opgevolgd zou worden door de handel. Want dat de consument meer transparantie wil, dat hadden jij en ik – helemaal gratis en voor niets – ook wel kunnen vertellen. Toch?
Enkele punten uit Spreek Smakelijk waar de levensmiddelenindustrie tegenaan loopt:
- Het duurzaam voeden van een groeiende wereldbevolking die meer en anders eet;
- Het gezond houden van een vergrijzende bevolking die lekker wil eten;
- Voedsel betekent veel meer dan ‘eten’ alleen (goh…!);
Wat als het uitgangspunt nu eens zou zijn: hoe voeden we de Nederlanders met gezond en eerlijk voedsel? Hoe zorgen we dat ze zich niet overeten aan ‘lekker’ gemaakt voedsel? En hoe kunnen we als levensmiddelenindustrie hier een bijdrage aan leveren? En daar een rapport van 71 pagina’s van maken.
Schokkend, dit is waar de voedingsindustrie zich tot nu toe op richtte:
Voor de lange termijn richtte de levensmiddelenindustrie zich op een sociaaleconomische agenda dat zij ‘de stille kracht’ noemden. Belangrijkste pijlers:
- Blijvend investeren in de concurrentiekracht van de levensmiddelenindustrie als drijver van de Nederlandse economie
- Samenwerken aan een sterke agrofoodketen
- Borgen en stimuleren van open handel en grondstofzekerheid
- Inspelen op de behoeften van de consument en maatschappelijke thema’s als gezondheid en duurzaamheid (ons voor de gek houden?)
- Intensiveren van innovatieactiviteiten in de levensmiddelenindustrie
- Creëren van het beste vestigingsklimaat in Europa
Conclusie volgens Spreek Smakelijk:
De levensmiddelenindustrie weet belofte, kracht en koers onvoldoende om te zetten in vertrouwen, en heeft nog geen goed antwoord op voedselincidenten en verspreiding van wantrouwen via (social) media. Beste levensmiddelenindustrie, zou dat misschien komen omdat het bij het lange termijn denken alleen maar over geld gaat? En niet over onze gezondheid?
Want blijkbaar is het ‘normaal’ dat er met ons eten geknoeid wordt. Het rapport noemt dit voedsel ‘incidenten’:
Economische waarde
In het rapport blijkt steeds weer de economische waarde van de levensmiddelenindustrie. De economische impact:
- Is van groot belang voor de Nederlandse economie en goed voor 17tot 20% van de omzet, werkgelegenheid en toegevoegde waarde.
- 500 bedrijven waarvan vier in de internationale top 30 van grootste levensmiddelenbedrijven.
- Het MKB is goed voor 64% van de werkgelegenheid en 47% van de omzet.
- Fundamentele schakel in de Nederlandse agrofoodketen – de keten schept 10% van de Nederlandse werkgelegenheid.
- De agrofoodketen exporteert voor EUR 51 miljard aan producten (70% verwerkt) wereldwijd.
- De agrofoodketen neemt 30% van de totale Nederlandse handelsbalans voor haar rekening.
Het zou mooi zijn geweest als hier een eenzelfde rijtje tegenover zou staan, wat de overdaad aan ‘lekker’ eten de Nederlandse maatschappij jaarlijks aan welvaartsziekten kost?
Verschil tussen burger en consument
Ok, we moeten wel de hand in eigen boezem steken. Want in Spreek Smakelijkwordt ook een verschil gemaakt tussen de ‘burger’ en de ‘consument’. Zo zou de burger aandacht vragen voor maatschappelijke problemen, maar de consument maakt andere overwegingen bij de aanschaf van producten:
We kiezen voor smaak, niet voor gezond
Bij het gezond houden van een vergrijzende bevolking die lekker wil eten, is het maatschappelijk probleem dat we ouder en zieker worden, wat hogere zorgkosten met zich meebrengt.
- 43%(!) van de Nederlanders heeft overgewicht/obesitas
- er is een jaarlijkse groei in zorgkosten van 5% (‘01-’14)
Volgens het rapport vindt echter de consument:
- smaak en prijs belangrijker dan gezondheid.
- 94% van ons zou kiezen op smaak tegenover 65% op gezond.
Daar gaat de levensmiddelenindustrie natuurlijk gelijk een rekensommetje van maken. Wat is interessant voor hen? En hoe kunnen ze een product er toch gezond uit laten zien, zodat ze nog een graantje meepikken van de 65% die voor gezond kiest?
Dierenwelzijn en eerlijke handel moet goedkoop zijn
Wat betreft het borgen van dierenwelzijn en eerlijke handel in een prijsbewuste markt, zegt
- 84% van ons dat dit zwaar weegt bij de partijkeuze.
Maar alle goede bedoelingen ten spijt,
- 86% van ons kiest uiteindelijk toch voor een goedkope prijs
- en maar 21% van de Nederlanders maakt zich druk om een keurmerk
Wonder boven wonder betalen we wel 300% meer voor ons voedsel als dit gemakkelijk te bereiden is…Waarom willen we dan niet meer betalen voor eerlijk en gezond voedsel? Waar gaat het mis bij ons?
Welvaart betekent Westers eten
Begrijp me goed, ik snap dat er in de wereld ook verdiend moet worden. Maar je kunt toch op andere manieren je geld verdienen? De bedoeling is dat in armere landen steeds meer een Westers eetpatroon wordt aangenomen. Hmmm…bij ons draagt overgewicht bij aan een toename van chronische ziekten en hogere kosten van zorg. Zou jij ons Westerse voedingspatroon met steeds meer en goedkoper geknutselde voeding dan aanbevelen aan landen waar dit nog niet zo is? Willen we dat de armere landen aandoen? Meer troep produceren gaat ten koste van veel. Is het ons dat waard? Is het jou dat waard?
- De groeiende wereldbevolking en welvaart veroorzaken een toename van de vraag naar voedsel.
- Ontwikkelingslanden gaan richting westers voedingspatroon: producten met vaak hogere voedingswaarde én footprint, zoals vleesproducten.
- De druk op de beschikbaarheid van voedsel maakt prijzen volatiel – vooral in ontwikkelingslanden kan dat leiden tot sociale onrust.
- Voedselproductie zet de leefomgeving onder druk.
- De druk op de beschikbaarheid van grondstoffen is nu al groot en zal verder toenemen.
Welvaart is natuurlijk niet iets wat je een ander mag misgunnen. Maar waarom zou welvaart gelijk moeten staan aan veel en goedkoop voedsel eten? Je kunt de welvaart toch ook gebruiken voor andere doeleinden?
De oplossing ligt ook bij jou
De uitdaging voor de levensmiddelenindustrie is het gezond houden van een vergrijzende bevolking die lekker en goedkoop wil eten. Ligt de handschoen niet bij ons? Moeten wij niet meer gezond (en dat is ook lekker!) eten en eisen dat dit ook tegen een eerlijke prijs in het schap ligt? Moeten wij niet terug naar een ‘normaal’ voedingspatroon, waarbij we niet elke dag een lap vlees op ons bord willen hebben? Waar we met minder evengoed nog volop verzadigd raken? En er genoeg overblijft voor iedereen? De handschoen ligt wat mij betreft bij de overheid en levensmiddelenindustrie als het gaat om een eerlijke prijs. Want wie betaalt de kosten die de troep in het schap veroorzaakt bij de mens? Waarom is een blikje energy bomvol suiker 30 cent, terwijl een biologisch geteelde appel bij wijze van spreken 1 euro kost?
Ik denk dat er nog een hoop werk aan de winkel is. Voor de levensmiddelindustrie, de overheid en voor jou als consument. Ik hoor graag jouw reactie.
Geef een reactie