Afgelopen voorjaar was ik in het natuurgebied de Weerribben. Het was hier zó prachtig, dat ik je dit gebied graag wil aanraden. Bijvoorbeeld om heen te gaan in de herfstvakantie. Verblijf dan net als ik in een lodge. Hierdoor beleef je de Weerribben op z’n mooist. Ik weet zeker dat de kleuren van de herfst je een fantastische belevenis geven, alleen al vanwege het goudgele wuivende riet dat je hier overal ziet.
Ook interessant: Blog Sigrid: workshop vlaskrans binden verbindt biologisch en afkomst
Lodge
Wij verbleven op recreatiecentrum de Kluft in een Weerribben lodge. Maar wat betreft uitstraling en rust had het net zo goed in Zweden kunnen zijn. De lodge lag namelijk aan het water, middenin natuurgebied de Weerribben. Aan de steiger lag een bootje, waarmee we zo het water op konden. Mijn man, in de Wim Hofman mood, sprong ’s ochtends vanuit zijn bed, hup het koude water in.
Eendenkooi als educatief centrum
Op zaterdagmiddag gingen we met de boswachter mee het water op. Hij vertelde voluit over het gebied en hij bracht ons naar de Eendenkooi. Tijdens deze drie uur durende vaartocht hadden we gezelschap van twee Kooikers (hondjes). Die zijn namelijk belangrijk in de eendenkooi-wereld. Wij voeren naar de eendenkooi in de Wetering, één van de grootste van West-Europa. Ik had nog nooit van een eendenkooi gehoord. Waar het vroeger puur voor de jacht was, heeft de eendenkooi tegenwoordig vooral een educatief doeleinde.
Als je geluk hebt, zie je tijdens je vaartocht misschien wel een otter, want die zijn er ook in de Weerribben. Maar ze zijn schuw. Als je goed kijkt kun je in elk geval de otterpaden zien.
Turfwinning
De Weerribben is als natuurpark volledig door de mens aangelegd. Het gebied is ontstaan uit de turfwinning. In de middeleeuwen ontdekte monniken dat ze het veen (de grond) wanneer ze dit op een speciale manier bewerkten, als brandstof konden gebruiken. Later werd turf commercieel ingezet. Door de hebberigheid van de turfstekers werden de trekgaten (weren) steeds groter en de legakkers (ribben) waar ze het turf op lieten drogen steeds smaller. De uiteindelijke maat van de trekgaten en legakkers zoals ze nu zijn, is door Staatsbosbeheer bepaald om zo het prachtige natuurgebied de Weerribben te verwezenlijken. Toch zie je nog veel oude elementen terug. Ging vroeger het transport alleen via het water, nog steeds zijn
er huizen waar je alleen met de boot kunt komen. Ook bij het vakantiehuis van onze boswachter waar we langs varen is dit het geval. Hij erfde dit huis van zijn familie, aangezien zijn grootvader dominee in het gebied was.
Goudgele riet trots van de inwoners
Toen de turfinning ophield is de bevolking in de Weerribben overgegaan op rietteelt. Een loeizwaar beroep, waar tegenwoordig geen geld meer in te verdienen valt voor de mensen. Want waar vroeger rieten daken bedekt werden met dit allerbeste riet, komt het tegenwoordig uit Oost-Europa omdat dit goedkoper is. Je ziet nog wel heel veel riet in de Weerribben. In deze tijd van het jaar ziet het goudgeel. De rietsnijders zijn intussen natuurbeschermers en houden dit landschap in stand. In het nabijgelegen bezoekerscentrum is een mooie tentoonstelling ingericht waar je de passie, trots en de zorg voor het riet van de voormalige inwoners kunt aflezen. Allen hebben hart voor hun ambacht. ’s Winters wordt in de Weerribben het riet nog altijd gesneden. Dan zie je elke dag witte rook boven het gebied. ’Rook in de Ribben’ is dan een vaak gehoord gezegde.
Trilveen levens gevaarlijk
In het gebied vind je veel trilveen. Dat ontstaat door krabbenscheer, een plant met lange bladeren. Doordat zij zichzelf vermenigvuldigen, ontstaat er na verloop van tijd een bed van krabbenscheer. Daar vallen allerlei zaadjes in die planten worden. In 20 jaar tijd is dit plantendek zo dik geworden dat je erover heen kunt lopen. Trilveen is gevaarlijk, want het hoeft niet overal even dik te zijn. Dan kun je er dus zomaar doorheen vallen. Als dit gebeurt sluiten de planten zich direct en zie je niet meer waar je naar boven kunt komen. Omdat je jezelf ook niet kunt afzetten aan de grond, betekent dit vaak ‘einde oefening’…
De eend als bout op je bord
Uiteindelijk belandden wij bij de eendenkooi en de boswachter vertelt het verhaal. De eendenkooi-eigenaar, de kooiker, ving vroeger de eenden om hier geld mee te verdienen. Aangezien eenden niet van reuring houden, liggen de meeste eendenkooien goed afgesloten. De eend die je voor het vlees mag vangen is de wilde eend. Het voordeel van jagen via een eendenkooi is dat je de dieren levend, dus onbeschadigd vangt. Wil je ze niet voor consumptie gebruiken, dan kun je ze gewoon weer loslaten. De kooi die wij bezochten wordt gebruikt voor de wetenschap. Hier worden eenden geringd. Er zijn al geringde exemplaren teruggevonden in Noord-Afrika en Siberië. Het is niet alleen interessant om te weten hoe de trekroutes lopen, ook in het geval van het vogelgriepvirus kan worden ontdekt waar dit vandaan komt.
Echt biologisch vlees
In de 18e en 19e eeuw waren er zo’n 1500 eendenkooien in Nederland, puur voor het voedsel. Vroeger kreeg je gemiddeld 30 cent per eend, dus het was een lucratieve handel. Niet iedereen kon zomaar een eendenkooi beginnen. Eendenkooien gingen van familie op familie. Dat is nog altijd zo, alleen hebben sommige families de kooi aan Natuurmonumenten verkocht. In Nederland vind je ook nog eendenkooien voor de jacht. In 2012 werden zo’n 20.000 eenden gevangen die eindigden als bout. Het mooie is dat dit biologisch vlees is, zonder hagel.
Zuivel uit het natuurgebied
In de Weerribben ontmoette ik ook de eigenaar/boer Klaas de Lange van het zuivelmerk Weerribben. Hij weet al jaren hoe mooi ‘zijn’ gebied de Weerribben is. Zijn melkkoeien grazen heel wat dagen van het jaar in dit natuurgebied. Klaas vindt het een voorrecht om op zijn geboortegrond te mogen werken. Net zo puur als de natuur, zijn ook zijn biologische zuivelproducten. De koeien eten veel gras en weinig maïs. Volgens Klaas maakt maïs en krachtvoer vetten hard. Het caroteen uit gras maakt bijvoorbeeld hun boter geler en zachter. De volle melk van de koeien die Klaas ’s avonds krijgt, gaat rechtstreeks naar de naastgelegen melkfabriek en ligt de volgende dag al in de winkel. Het is pure melk, waar niets uitgehaald wordt. Je kunt Weerribben Zuivel bijvoorbeeld bij Ekoplaza kopen.
Boer Klaas: ‘De natuur, het groen; het zijn de longen van de wereld. Daar moeten we zuinig op zijn. Als je mensen de natuur zelf laat ervaren, zien ze hoe mooi het is en hoe belangrijk het is dat we zoveel groen hebben en houden. Dan kun je ze ook vragen om daar hun bijdrage aan te leveren. Overigens kan genieten van de natuur ook lowbudget. Gewoon een fluisterbootje of fiets huren en je eigen picknickmand meenemen. Met lekkere Weerribben zuivelproducten natuurlijk.”
Geef een reactie