Twee weken geleden kreeg ik een mail van iemand die ik al een tijdje uit het oog verloren was: Martijn Niemeijer. In het verleden had ik via mijn werk regelmatig contact met hem bij zijn vroegere werkgever, maar toen hij daar vertrok verloren we elkaar uit het oog. De ontwerpregel van zijn mail trok direct mijn aandacht: ‘Geboortekaartje – Meisje van 11 is zojuist geboren’. Wat bleek, Martijn heeft na 15 jaar management, enkele jaren zoeken en een leven lang dromen, één van zijn dromen uit laten komen. Hij schreef het kinderboek ‘Wat niemand ziet’ over de zoektocht van de elfjarige Ros. Ik mocht het boek lezen en las het in één ruk uit
Wat niemand ziet
In principe is het een jeugdboek(leeftijd 10+), maar ik weet zeker dat jij het ook mooi vindt. ‘Wat niemand ziet’ begint op het politiebureau, waar Ros (een meisje dat eigenlijk Roswitha heet) ondervraagd wordt. Haar vader en moeder zijn dood in huis gevonden. Wat weet zij ervan? Maar Ros is niet zo spraakzaam. Ze houdt er niet van om met mensen te praten. Liever zwerft ze door de stad. Dat doet ze elke dag na school. In de stad bouwt ze afvaltuintjes van alles wat ze op straat vindt. Ze vouwt diertjes van papiertjes die kastanjebomen moeten troosten en beschermen tegen jongens die de kastanjes eruit gooien met flessen. Ook verstopt ze doosjes met woorden die ze liever wil vergeten. Op een dag vindt Ros kleine dieren van kastanjes en ijzerdraad in haar tuintjes. Iemand legt cadeautjes voor haar neer, iemand ziet háár! Ros gaat op zoek naar haar onbekende vriend, die haarscherp ziet dat ze hem nodig heeft. Verder verklap ik niet zoveel. Er blijft in ieder geval één vraag achter bij mij na het lezen van het boek. Hoe kwam de ster van ijzerdraad in de handen van Ros haar moeder? Dat intrigeert, vind ik! Lees het boek maar, ik ben benieuwd of jij dezelfde vraag hebt en wat jouw antwoord zou zijn.
Moed en vindingrijkheid
Op mijn vraag aan Martijn wat zijn insteek was om dit boek te schrijven, zegt hij: “Ik had een eerste beeld van drie personages: een meisje, de stad en een onbekende die ook door de stad dwaalt. Ik zocht naar de poëzie van wat je ziet als je met een blik door de stad loopt, zonder dat je ergens heen op weg gaat, maar er gewoon bent. Dat leverde verstilde, sferische beelden op, die in schril contrast stonden met de reden waarom Ros en de onbekende in de stad zijn. Er is met beiden iets verschrikkelijks aan de hand. En hoewel ik het hele verhaal heb uitgewerkt dat op de achtergrond speelt besloot ik bewust alleen Ros te volgen, met haar enorme positieve kracht. Want het verhaal gaat eigenlijk niet over die verschrikkingen maar over de ongelooflijke moed en vindingrijkheid die Ros ontwikkelt om met haar problemen om te gaan. Ik heb een zwak voor helden die dat per ongeluk worden.”
Zoektocht naar geluk
Martijn heeft op deze ‘bijzondere geboorte’ drie jaar gebroed, geschreven, herschreven, het uiteindelijk bij uitgever Leopold aangeboden, geschaafd en gewacht, totdat zijn manuscript een echt boek werd. Het mooie is: dankzij het boek heeft hij knopen doorgehakt en wil hij werken en schrijven met elkaar verbinden. Inmiddels laat hij het zoeken naar de ideale managementbaan voor wat het is. Een goede keuze als je het mij vraagt.
Martijn ervaart, net als ik destijds hoe mooi het is dat door een grondig besluit ineens alles op z’n plek begint te vallen. Zijn tweede manuscript ligt inmiddels bij de uitgever en hij kan zijn geluk niet op.
Heb je Ros op de cover van het boek gezien? In deze plaat zit ze ergens verborgen. Zie jij haar?
Geef een reactie